Een aantal infectieziekten vormt een specifiek risico voor de zwangere vrouw, het ongeboren kind of de pasgeborene. Een paar eenvoudige leefregels helpen om infecties te voorkomen. Infectieziekten worden veroorzaakt door een bacterie, virus, parasiet of schimmel.
De ziekteverwekker wordt overgedragen via bijvoorbeeld handcontact, hoesten, voedsel, seks of dieren. Niet alle infecties zijn te voorkomen en niet alle infecties zijn gevaarlijk. Een verkoudheid kan bijvoorbeeld geen kwaad. Maar sommige infecties kunnen wel ernstige gevolgen hebben tijdens de zwangerschap.
Er zijn ook een aantal kinderziektes die een gevaar vormen voor het ongeboren kind, waaronder rodehond, mazelen, waterpokken en de vijfde ziekte (vlekjesziekten). Het is verstandig om na te gaan of je tegen deze ziekten gevaccineerd bent of dat je de ziekte al hebt doorgemaakt. In die gevallen ben je beschermd. Als een zwangere vrouw veel in contact komt met kinderen tijdens de zwangerschap (bijvoorbeeld vanwege het werk) kan zij laten testen of zij de kinderziektes al heeft doorgemaakt en of zij beschermd is.
De infectieziekten en kinderziektes die (mogelijk) invloed hebben op de zwangere vrouw of het (ongeboren)kindje zijn HIER te vinden op de website van het RIVM.